Paardenrassen

Fjord










De fjord of het fjordenpaard is een van de drie inheemse paardenrassen van Noorwegen en ook een van de oudste en zuiverste rassen ter wereld. Het fokken gebeurde voornamelijk in het westen van het land. Over de oorsprong van het ras is niet veel bekend.

Men vermoedt dat het paard Noorwegen is binnengekomen vanuit het oosten, er zijn (archeologische) aanwijzingen dat er na de laatste ijstijd in het zuiden van Zweden en Denemarken wilde paarden leefden. Vermoedelijk rond 1200 v.Chr. (de bronstijd) werden deze getemd. Archeologische opgravingen van Vikinggraven tonen aan dat zij ook paarden gebruikten. De Vikingen namen onder meer hun paarden mee naar IJsland en de Britse eilanden. Het IJslandse paard en het fjordenpaard zijn dus naar alle waarschijnlijkheid verwant. Sedert de tijd van de Vikingen worden de manen van het fjordenpaard geknipt: de lichtere zijmanen worden daarbij korter geschoren dan de zwarte haren in het midden. Dankzij zijn kracht, zijn hardheid en zijn vaste tred is het een prima hulpkracht voor de landbouw in het gebergte.

Aan het begin van de vorige eeuw werd het paard vooral ingezet als werkpaard en werd het als volgt beschreven: "Kop als een haring, nek als een spinnewiel, lichaam als een biet en voeten als stalen veren". Tegenwoordig is het fjordenpaard meer een hobby- en vrijetijdspaard. Een "nek als een spinnewiel" bijvoorbeeld is een goede eigenschap voor een werkpaard en niet goed voor een rijpaard. Zo'n nek maakt het paard moeilijk te berijden en te keren. Desondanks zijn er wel Fjordenpaarden die als dressuurpaard meedoen aan wedstrijden. Eén daarvan is het paard Guusje, dat door wist te dringen tot de Z2-klasse.

Kenmerken


    * Schofthoogte: 1,35 tot 1,50 m (13.1 - 14.3 hh).
    * Karakter: werkwillig, koelbloedig, enthousiast en nieuwsgierig. Doorgaans betrouwbaar en rustig.
    * Kleur: er zijn 5 geaccepteerde kleuren: vaal bruin (isabel), vaal grijs (grå), vaal rood (rødblakk), vaal geel (gul) en vaal wit (uls).
    * Tekeningen: liever geen witte aftekeningen zoals ster, bles of kol.
    * Haar: de manen (pony) bedekken bij een volwassen paard de helft tot twee derde van het hoofd. Traditie bepaalt dat de manen staand zijn, en zo geknipt dat de lijn van de nek geaccentueerd wordt.
    * Hoofd: goed geproportioneerd, klein en goed gedefinieerd met een breed en vlak voorhoofd. Korte afstand van de ogen tot aan de mond. Grote, donkere en heldere ogen met een rustige uitdrukking. Neusgaten groot, en qua proportie dusdanig dat de mond een "vierkant" voorkomen krijgt. Oren moeten relatief kort zijn, parallel, met een pluisje op de uiteinden en niet te dicht bij elkaar gezet.
    * Korte, snelle gangen.
    * Gebruik: Recreatie, tuig- en trekpony, buitenritten, voltigeren. Maar er komen ook wel fjorden voor in de dressuur, endurance en marathon.

Men vind het paard wel mooi ze rijden er ook veel wedstrijden mee, normaal gesproken kunnen ze niet goed springen!+

Volgens de EU-richtlijnen voor het fokken van dieren is Noorwegen het vaderland van het fjordenpaard. Zodoende zijn Norges Fjordhestlag en Norsk Hestesenter mede verantwoordelijk voor het ras. Er is veel interesse voor dit ras en er wordt veel gefokt zowel in Europa als in de VS en Canada. Het fokplan bepaalt dat het fokken het bijzondere van en de variatie binnen het ras moet bewaren. Verder dienen kleuren en tekeningen die atypisch zijn voor het ras niet doorgefokt te worden. Het fjordenpaard moet een sterke bouw hebben, robuust, goed geproportioneerd en goed gespierd zijn en uitstraling en charme hebben. Het moet coöperatief, betrouwbaar, evenwichtig en rustig zijn in de meeste situaties. Verder moet het zich zowel op ruig terrein als op de vlakte goed kunnen bewegen. Het dient een veelzijdig paard te zijn, voor zowel rijden als trekken.


Fjordenpaard



hoofd van een fjord