Paardenrassen

Ardenner










De Ardenner is een paardenras afkomstig uit de Ardennen om precies te zijn het bergachtige gebied op de grens van België en Frankrijk. De stokmaat is tussen de 1.55 en 1.60 meter. Ze komen voor in de kleuren bruin, schimmel en vos.

De Ardenner stamt af van een groot koudbloedpaard, hier dankt hij dan ook zijn afmetingen aan. De Ardenner heeft veel invloed gehad op het Middeleeuwse oorlogspaard. Julius Caesar noemde de Ardenner ook wel "bello Galico" In het leger werden deze paarden onder het zadel en als lastdier gebruikt. De Ardenners waren zo sterk dat alleen zij de oorlog van Napoleon tegen Rusland overleefden. Na de oorlog werden ze gebruikt in bosbeheer en bosexploitatie. In de 19e eeuw werd dit paard zwaarder doordat ze gekruisd werden met Brabanders. Er was toen veel behoefte aan zware trekpaarden. Tegenwoordig worden de paarden vooral gefokt voor de vleesindustrie. Het moederstamboek is in Frankrijk en dateert uit 1929.

Het gewicht van een volwassen Ardenner ligt rond de 1000 kg, dit komt door zijn massieve, sterke en gespierde lichaam. Met zijn gebogen nek en enorme borstkas is hij een uitstekend trekpaard. De achterhand is zwaar en de benen grof met veel behang. Zijn lichaam is kort en zijn hoofd robuust, dit geeft hem een vriendelijk uiterlijk.

Gehoorzaamheid en vriendelijkheid is waar de Ardenner om bekend staat. Hij wordt dan ook wel vaker de Vriendelijke reus genoemd vanwege zijn robuuste verschijning. De Ardenner is een werklustig en energiek paard. Een ander kenmerk van de Ardenner is zijn onvermoeibaarheid, hij kan wel uren bomen slepen in de wildernis of dagen achtereen lopen totdat hij moe wordt. Voor een koudbloedras heeft dit paard veel temperament.

Ondanks zijn lompe verschijning zijn de draf en de stap energiek. Ardenners worden vaak gebruikt bij het verslepen van bomen op plekken waar tractors niet kunnen komen.


Ardenner